LEVENDE
GEDACHTEN
x
OSHO
x
KRISHNAMURTI
x
MAHARISHI
x
MEHER BABA
x
SAI BABA
x
VIVEKANANDA
x
BHAGAVAD GITA
x
MYSTIEK
x
NIETZSCHE
SPINOZA
FILOSOFIE OVERIGE
x
I TJING  
x
THOMAS EVANGELIE
x
OVERIGE
x
CITATEN
x
TREFWOORDEN & LINKS
x
SITEMAP
x
HOMEPAGE

 

      SAI BABA: PREMA VAHINI 

   DE WERELD IS NIET WERKELIJK  

In feite zien mensen schaduwen en houden ze die voor de werkelijkheid.

Zij nemen lengte, breedte, hoogte en dikte waar en trekken daaruit de conclusie dat ze een voorwerp voor zich hebben.

Zij ervaren een reeks sensaties en herinneringen, en leiden eruit af dat ze door iets bepaalds worden veroorzaakt.

Zo houden zij schijn voor werkelijkheid en noemen dat wijsheid.

Hoe kan dat nu wijsheid zijn?

 

Kan de afbeelding van een persoon ooit hem zelf zijn?

En als iemands afbeelding voor hem zelf wordt gehouden, kunnen we dat dan kennis noemen?

Tegenwoordig is alle kennis van deze soort.

Wat wordt gekend als een voorwerp is geen werkelijkheid; de werkelijkheid ervan is onkenbaar.

De aanhanger van het non-dualisme (het adwaitha-standpunt) gelooft in de uitspraak "aham Brahmasmi" - "ik ben God".

Hoe is hij tot die overtuiging gekomen?

Waarom zegt hij het?

Vraag het hem en hij zal antwoorden: "De heilige geschriften zeggen dat het zo is, en mijn goeroe leerde het mij ook."

Maar je hebt niet het recht die uitspraak te doen door hem te leren.

Zal iemand die deze drie woorden - aham, Brahma en asmi - beheerst, tot eenheid met God komen?

Nee, alleen onophoudelijk streven, in talloze geboorten, en de getrouwe uitvoering van de voorgeschreven plichten zuiveren de geest.

In zo'n geest kiemen de zaden van toewijding, en als ze met zorg en kennis van zaken worden opgekweekt, komen er bloemen en verschijnen er vruchten die rijpen en zich vullen met zoetheid en geur.

Wanneer die vruchten worden gegeten, wordt de mens één met het Allerhoogste, de kracht die alle dingen en alle gebieden doordringt en een eeuwig aanwezig bewustzijn is dat van vreugde is vervuld.

Iemand mag dan het gezegde "aham Brahmasmi" correct uitspreken, en geheel op de hoogte zijn van de afleiding van de woorden, maar als hij niets af weet van 'de wereld', zich onbewust is van het 'ik' en volledig in het duister tast als het om 'God' gaat, kan hij dan de zeldzame vreugde van een wijze beleven?

Niet de beheersing van woorden en hun betekenis telt; het gaat om het niveau van bewustzijn, de eigen ervaring.

Alleen klei is werkelijk.

Het idee dat er een pot is komt voort uit miskenning van de klei.

Klei is de basis, het materiaal van de pot.

Hoe kan een pot bestaan zonder klei?

Hoe kan het resultaat bestaan zonder de oorzaak?

Alleen aan de onwetende doet de wereld zich voor als veelheid.

Voor een wijze is er alleen God, waarop al het andere wordt geprojecteerd, waarin alles bestaat.

Hij kent alleen de goddelijke Geest, er is niets anders.

Hij ervaart alleen dat alles één is (adwaitha).

Als de wereld werkelijkheid is, zou zij ook moeten worden beleefd tijdens het stadium van de droomloze diepe slaap.

Maar wij zijn ons dan niet van haar bewust.

De zichtbare wereld is net zo onwerkelijk als de droomwereld.

Zoals door illusie een stuk touw een slang wordt, zo gaat de werkelijkheid van God schuil achter de wereld.

Men ziet niet tegelijkertijd de slang en het stuk touw; het hele stuk touw is tot slang geworden.

Net zo is God deze hele wereld, die enorme gevarieerdheid in vormen en namen, die op een dieper niveau echter onwerkelijk is en het product van verbeelding.

Alleen God is werkelijk.

De lucht kan zich weerspiegelen in een vat met palmwijn, maar verontreinigt die niet.

Net zo woont het goddelijk Zelf in dit voertuig, het lichaam, en blijft zuiver, onaangetast.

De vruchten van handelen, goed of slecht, eerlijk of oneerlijk, hechten zich aan het voertuig, en niet aan de Inwoner, de Getuige.

Wanneer dit inzicht daagt, gaan zowel karma dat in de toekomst moet worden uitgewerkt (agami- en sanchitkarma), als karma dat nu wordt uitgewerkt (prarabdhakarma) ervoor op de vlucht.

Ja, zelfs karma dat nu wordt uitgewerkt kan worden overwonnen.

Want Gods wil is almachtig, en voor almacht kunnen er geen grenzen, geen uitzonderingen zijn.

Wanneer je door je geestelijke inspanningen (sadhana) de genade (sankalpa) van God wint, kun je door die genade het nu gedragen karma overwinnen.

Laat je door niets ontmoedigen.

Het lijden en de ontberingen in deze wereld berusten op illusie en zijn voorbijgaand.

Houd deze belangrijke waarheid altijd vast voor ogen, en begeef je moedig op de weg van geestelijk leven, een leven van toewijding aan God.