LEVENDE
GEDACHTEN
x
OSHO
x
KRISHNAMURTI
x
MAHARISHI
x
MEHER BABA
x
SAI BABA
x
VIVEKANANDA
x
BHAGAVAD GITA
x
MYSTIEK
x
NIETZSCHE
SPINOZA
FILOSOFIE OVERIGE
x
I TJING  
x
THOMAS EVANGELIE
x
OVERIGE
x
CITATEN
x
TREFWOORDEN & LINKS
x
SITEMAP
x
HOMEPAGE

 

      KRISHNAMURTI: LAAT HET VERLEDEN LOS 

  DE SLAVERNIJ VAN HET DENKEN  

Laten we nu ingaan op de vraag wat denken is, de betekenis van dat denken dat met zorg, logica en met gezond verstand (voor ons dagelijks werk) beoefend moet worden en dat wat helemaal geen betekenis heeft.

Tenzij we de twee soorten kennen, kunnen we onmogelijk iets veel diepers begrijpen, iets wat door het denken niet geraakt kan worden.

Laten we dus trachten deze zeer ingewikkelde structuur te begrijpen van wat denken, van wat herinnering is, waar het denken vandaan komt, hoe het denken al onze handelingen bepaalt; en als we dit alles begrijpen stuiten we misschien op iets dat nog nooit door het denken werd ontdekt, waartoe het denken de deur niet kan openen.

Waarom is het denken zo belangrijk geworden in ons leven - het denken, dat beelden vormt, dat het antwoord is op de verzamelde herinneringen in de herinneringen in de hersencellen?

Misschien hebben velen deze vraag zelfs nog nooit gesteld, of als dat wel zo is heeft u misschien gezegd: 'dat is niet zo belangrijk - wat belangrijk is, is emotie'.

Ik zou echter niet weten, hoe men die twee van elkaar kan scheiden.

Als het denken geen voedsel aan het gevoel geeft, sterven de gevoelens zeer snel.

Waarom is dan het denken in ons dagelijks leven, het leven dat ons afbeult, ons verveelt en bang maakt, zo bovenmatig belangrijk geworden?

Vraag het jezelf zoals ik het mij afvraag - waarom is men een slaaf van het denken - het listige, vernuftige denken dat kan organiseren, dat van alles op gang kan brengen, dat zoveel uitgevonden heeft, zoveel oorlogen heeft uitgebroed, zoveel angst heeft geschapen, zoveel onrust, dat steeds beelden maakt en zijn eigen staart achterna zit - het denken dat het genoegen van gisteren heeft genoten en dat genoegen laat voortduren in het heden en ook in de toekomst - het denken dat altijd actief is, kwetterend, zich bewegend, bouwend, wegnemend, toevoegend, veronderstellend?

Denkbeelden zijn voor ons veel belangrijker geworden dan handelen - denkbeelden, die zo knap door de intellectuelen op elk gebied in boeken tot uitdrukking worden gebracht.

Hoe slimmer, hoe subtieler die denkbeelden zijn, hoe meer we ze aanbidden en de boeken waar ze in staan.

Wij zijn die boeken, wij zijn die denkbeelden, zo zwaar worden we erdoor bepaald.

Altijd weer zijn we aan het discussiėren over denkbeelden en idealen, en geven dialectisch onze meningen.

Elke godsdienst heeft zijn dogma, zijn formule, zijn eigen stellage om de goden te bereiken en als we een onderzoek instellen naar het begin van het denken, betwijfelen wij het belang van dit gehele bouwsel van denkbeelden.

We hebben de denkbeelden gescheiden van de handeling, omdat denkbeelden altijd tot het verleden behoren en handeling altijd het heden is, d.w.z. leven is altijd het heden.

We zijn bang voor het leven en daarom is het verleden, in de vorm van denkbeelden, zo belangrijk voor ons geworden.

Het is werkelijk buitengewoon interessant om de werking van het eigen denken gade te slaan, al is het maar om waar te nemen hoe men denkt, waar die reactie die we denken noemen uit voortspruit.

Klaarblijkelijk uit de herinnering.

Heeft het denken eigenlijk wel een begin?

Zo ja, kunnen we dan dat begin ontdekken - tenminste, het begin van de herinnering, want als we geen herinnering hadden, zouden we ook geen denken hebben?

We hebben gezien hoe het denken het genoegen van gisteren schraagt en duurzaamheid geeft en hoe het denken ook het omgekeerde van genoegen, dus vrees en pijn in stand houdt, dus de ervaarder, de denker, is het genoegen en de pijn en ook het wezen dat voedsel geeft aan genoegen en pijn.

De denker scheidt het genoegen van de pijn.

Hij ziet niet in, dat hij juist door de begeerte naar genoegen, pijn en vrees uitnodigt.

Het denken vraagt in de menselijke verhoudingen steeds genoegen onder de dekmantel van verschillende benamingen, zoals rouw, helpen, geven, ondersteunen, dienen.

Het benzinepompstation biedt een goede service.

Wat betekenen deze woorden: helpen, geven, dienen?

Waarom gaat het allemaal?

Zegt een bloem, vol schoonheid, licht en lieflijkheid ook: 'ik geef, help, dien?'

Ze is!!

En omdat ze niet tracht iets te doen, bedekt ze de aardbodem.

Het denken is zo listig, zo sluw, dat het alles te eigen dienste vervormt.

Het denken vormt in zijn drang naar genoegen zijn eigen gebondenheid.

Het denken is de kweker van tweeslachtigheid in al onze verhoudingen; er is geweld in ons en dat geeft genoegen, maar er is ook het verlangen naar vrede, het verlangen vriendelijk en zachtmoedig te zijn.

Dat is het wat zich steeds weer afspeelt in onze levens.

Niet alleen kweekt het denken in ons deze tweeslachtigheid, deze tegenstrijdigheid, maar het verzamelt ook de talloze herinneringen die we hebben van genoegen en pijn en door deze herinneringen wordt het steeds herboren.

Dus is het denken het verleden, het denken is altijd oud, zoals ik al zei.

Omdat elke uitdaging tegemoet getreden wordt in termen van het verleden - want een uitdaging is altijd nieuw - zal ons tegemoet treden van de uitdaging altijd totaal onvoldoende zijn, vandaar tegenstrijdigheid, conflict en alle ellende en smart waar we de erfgenamen van zijn.

Ons kleine brein is in conflict, wat het ook doet.

Of het nu ergens naar streeft, iets imiteert, toegeeft, onderdrukt, verheft, stimulerende middelen neemt om zich te verruimen - wat het ook doet - het is in een staat van conflict en zal conflict voortbrengen.

Zij die heel veel denken zijn zeer materialistisch, omdat het denken materie is.

Het denken is evenzeer materie als de vloer, de muur, de telefoon.

Energie die volgens een bepaald patroon functioneert wordt materie.

Er is energie en er is materie.

Dat is alles wat het leven is.

Misschien denken we dat denken geen materie is, maar het is het.

Het denken - als een ideologie - is materie.

Waar energie is wordt het materie.

Materie en energie zijn in wezen aan elkaar verwant.

De een kan niet bestaan zonder de ander en hoe meer harmonie ertussen beide bestaat, hoe meer evenwicht, hoe actiever de hersencellen zijn.

Het denken heeft dit patroon van genoegen, pijn, vrees gevestigd en er duizenden jaren in gefunctioneerd; het kan het patroon niet verbreken, omdat het dit zelf geschapen heeft.

Een nieuw feit kan niet gezien worden door het denken.

Het kan later door het denken begrepen worden, letterlijk, maar het begrijpen van een nieuw feit is geen werkelijkheid voor het denken.

Het denken kan geen enkel psychologisch probleem ooit oplossen.

Hoe knap, hoe listig, hoe geleerd, en hoe de structuur dan ook is van wat het denken schept door de wetenschap, door een elektronisch brein, door dwang of uit noodzaak, het denken is nooit nieuw en daarom kan het geen enkele grote vraag beantwoorden.

Het oude brein kan het enorme probleem van het leven niet oplossen.

Het denken is slinks, omdat het van alles kan verzinnen en dingen ziet die er niet zijn.

Het kan de meest ongewone trucjes uithalen en daarom kan men zich er niet op verlaten.

Maar als je de gehele structuur begrijpt van hoe je denkt, waarom je denkt, de woorden die je gebruikt, de wijze waarop je je gedraagt in het dagelijkse leven, de manier waarop je praat met de mensen, de wijze waarop je ze behandelt, hoe je loopt, hoe je eet - als je je van al deze dingen bewust bent, dan zal je geest je niet misleiden, dan valt er niets te misleiden.

Dan is de geest niet iets dat eist, dat onderdrukt; hij wordt uitzonderlijk rustig, plooibaar, gevoelig, alleen, en in die staat bestaat er geen enkele misleiding.

Heeft u ooit opgemerkt, hoe de waarnemer, de denker, het middelpunt, het 'ik' er niet meer is, wanneer je in een toestand van volledige aandacht verkeert?

In die toestand van aandacht begint het denken te verdorren.

Indien men iets helder wil zien, moet de geest zeer rustig zijn, zonder alle vooroordelen, het gekwetter, de dialoog, de beelden, de afbeelden - dat alles moet opzij gezet worden om te kijken.

Dus alleen wanneer u volledig stil bent, door uw gehele wezen heen, na de vraag gesteld te hebben: 'wat is het begin van het denken?'.

Begint u te zien, - vanuit de stilte -, hoe het denken vorm aanneemt.

Indien u beseft hoe denken ontstaat, behoeft u het denken niet in bedwang te houden.

We geven veel tijd en verspillen veel energie gedurende ons hele leven en niet alleen op school, aan de poging onze gedachten in bedwang te houden.

'Dit is een goede gedachte, daar moet ik veel over denken.

Dit is een lelijke gedachte, die moet ik onderdrukken'.

Steeds is er een strijd gaande tussen de ene gedachte en de andere, het ene verlangen en het andere, het ene genoegen dat alle andere genoegens overheerst.

Maar als er een besef is van de oorsprong van het denken, bestaat er geen tegenstrijdigheid in.

Wanneer u een uitspraak hoort als 'Het denken is altijd oud', of 'Tijd is smart', begint het denken dit te vertalen en er een uitleg aan te geven.

Maar de vertaling en de interpretatie berusten op de kennis en de ervaring van gisteren, dus u zult het zonder uitzondering vertalen naar uw bepaald-zijn.

Als u echter kijkt naar deze uitspraken en er helemaal geen uitleg aan geeft, maar ze alleen volledig aandacht schenkt (geen concentratie), dan zult u ontdekken dat er geen waarnemer, noch het waargenomene, geen denker, noch de gedachte is.

Zeg niet: 'wat begon het eerste?'

Dat is een handig argument dat nergens toe leidt.

U kunt in uzelf waarnemen dat er, zolang er geen gedachten zijn, - hetgeen niet betekent een staat van geheugenverlies, van wezenloosheid - zolang er geen gedachten zijn, voortgekomen uit herinnering, ervaring of kennis, die alle tot het verleden behoren, er helemaal geen denker is.

Dit is geen filosofische of mystieke zaak.

We hebben het over werkelijke feiten en je zult zien dat u als u zover op deze reis bent gekomen, op een uitdaging zult ingaan, niet met het oude brein, maar geheel anders.